Vanuit Geelong zijn we de volgende dag de Great Ocean Road opgereden. Wederom een beetje bewolkte dag waar hier en daar de zon door probeerde te breken. Onze eerste stop was in Torquay, hier hebben we het infocentrum bezocht. Daarna zijn we door Lorne gereden en hebben we de vuurtoren, de omringende wandelpaden en het nabijgelegen terrasje bezocht bij Aireys Inlet. Vervolgens zijn we doorgereden naar Bimbi Park, een bushcamping op het zuidelijkste puntje van de Great Ocean Road. Ondertussen zijn we nog even gestopt bij Kenneth River. Daar hebben we onze eerste, maar voor die dag zeker niet laatste, koala’s in de bomen gezien. Op weg naar Bimbi Park zaten er langs de kant van de weg een heleboel en we zijn dan ook regelmatig gestopt om ze te bekijken en te fotograferen. Meestal stonden we in ons eentje te kijken, maar op een gegeven moment stonden we midden in de rimboe met nog 4 andere mensen te fotograferen en je raadt het al….. allemaal Nederlanders!
Op onze camping, alleraardigst, beetje alternatief, waren alleen nog tentsites of bunkrooms beschikbaar. We hebben zo’n room met 5 bunks (bedden) geboekt zodat we de volgende dag weer vroeg verder konden. Deze kamer was behoorlijk krap bemeten, plaats er nog een stapelbed in en de ruimte om te lopen was op. In een ruimte van 2,5 bij 3 stonden dus 5 bedden. We konden net met zijn vijven naast de bedden staan, maar het kostte dan ook niet veel. Ilse echter dacht dat we wellicht beter konden gaan kamperen, dan hadden we meer ruimte. De faciliteiten (wc’s, douches en de gezamenlijke keuken en woonkamer) waren dan wel weer erg goed.
De volgende dag reden we al om 8 uur de camping af, zodat we al om 10 uur bij de 12 apostelen, de beroemde rotsformatie in zee, waren. Daarvoor hebben we nog een kleine afdaling per trap naar het strand gemaakt. De 12 apostelen zijn erg indrukwekkend, leuk om het onderwerp van tal van foto’s en posters een keer in het echt te zien. Daarna doorgereden naar nog wat stops bij andere rotsformaties (Arch en London Bridge) en vervolgens zijn we doorgereden naar het noorden met als einddoel Halls Gapp in Grampians National Park. Echter toen we het dorpje naderden dat aan de toegangsweg door het park ligt, stond ons een verrassing te wachten. De weg naar Halls Gapp was gesloten wegens schade door overstromingen en stormen afgelopen januari en ook het grootste deel van het park is voorlopig niet toegankelijk. Vreemd genoeg heeft niemand ons daarover geïnformeerd bij de infopunten (soort VVV) waar we informatie over de Grampians hebben gevraagd. Ook was er niet een A4’tje oid bij de brochures gevoegd, terwijl je toch zou denken dat het de moeite loont om even een A4-tje met de huidige stand van zaken toe te voegen aan je brochure. Het infocentrum in het dorpje was wel erg behulpzaam en via een omweg zijn we alsnog in Halls Gapp gekomen. Daar hebben we een cabin genomen op een ietwat verlaten camping, in het dorp een afhaalpizza gehaald en de kids hebben te midden van een hele kudde kangaroes in de speeltuin gespeeld. De volgende dag hebben we een wandelingetje gedaan bij Halls Gapp. De keuze was niet reuze want heel veel was vanwege de storm in januari nog niet begaanbaar. Wel weer horden kangaroes gezien en dit keer ook een troep emu’s. Vanuit Halls Gapp via een alternatieve route, gedeeltelijk onverhard, doorgereden in de richting van Adelaide. Hier zitten we nu bij Murray Bridge, 70km voor Adelaide, in een motelkamer. De kinderen hebben we als beloning voor de lange rit getrakteerd op een chocolade paashaas en vanwege het ontbreken van kookgelegenheid hebben we een hete gebraden kip en tomaten/komkommer/paprikasalade gegeten. Morgen gaan we Adelaide bekijken en de auto omruilen, want die heeft nu al een servicebeurt nodig!